Charlie Hebdo en terrorisme: voedingsbodem wegnemen of repressie?

Op zondag 11 januari liepen er in Parijs ruim een miljoen mensen te demonstreren, om uiting te geven aan hun verontwaardiging over de aanslagen op Charlie Hebdo en op de joodse supermarkt in Parijs. “Je suis Charlie” was het meest gehoorde motto, en mijn eerste neiging was ook om me daarmee geheel te identificeren. Direct na die eerste opwelling begon echter al mijn skepsis op te komen. Wat kan ik met die leus, en wat bereik ik ermee? En vooral ook: als er 60 wereldleiders en ministers mee hebben gelopen in die mars, waaronder types als Benjamin Netanyahu, Sergej Lavrov, de Hongaarse premier Viktor Orbán, de Turkse premier Davutoglu, vertegenwoordigers van Saoedi-Arabië, hoe geloofwaardig ben je daar dan nog mee? Met zulke ‘broeders in solidariteit’ als verdedigers van de vrijheid heb je toch geen politiestaten en corrupte autocraten meer nodig?

Zowat de hele wereld beredeneert deze aanslagen als het probleem van extremisten, van doorgeslagen radicalen, als daden van individuen met individuele motieven, op basis van individuele wilsbeslissingen. Hen laten de-radicaliseren zou dan moeten neerkomen op een soort mentale ontwenningskuur. Op de tv had iemand het eens over achterstelling van jihadgangers als een van de factoren op de achtergrond, ook in ons land, en talkshowman Jeroen Pauw deed gevat: ja maar ho nou, het zijn toch geen slachtoffers? Nee, inderdaad, deze jongelui zijn geen slachtoffers. Maar ze kunnen wel getergd zijn, en van daaruit vatbaar worden voor radicalisering. En gelet op wat ze teweeg brengen aan geweld en doden: dan gaat het er niet eens meer om of ze gelijk hebben, maar over hoe het werkt, in die koppen, in hun denken, dat ze zulke stappen maken. En hoe ga je daar dan weer op een snuggere manier mee om?

Dat repressie nooit de beoogde veiligheid zal brengen en een einde zal maken aan de dreiging van aanslagen is genoegzaam bekend. Het neveneffect van steeds verder gaande ondermijning van de rechtsstaat en de rechten van vrije burgers: dito. Zelfs Opstelten nam in een interview voor de radio de uitdrukking in de mond van ‘de voedingsbodem wegnemen’ voor radicalisering. Dat lijkt me een interessante gedachte, maar iets zegt me dat Opstelten daar iets heel anders mee bedoelt dan ik, aangezien juist hij toch het klassieke “law and order” predikt.

Voedingsbodem

Wat is de voedingsbodem voor denkbeelden van haat tegen het westen en alles waar dat voor staat? Er is sprake van een complex van allerlei in elkaar grijpende factoren. Dat verwordt tot een mix die in brisante kwaadaardigheid de bedreiging van het communisme na de Tweede Wereldoorlog tot een futiliteit lijkt te gaan maken. Neem de recente brandhaarden in dit verband maar even: Afghanistan, Irak, Syrië, Israël en de Palestijnen, Libanon, Libië, Mali, Nigeria, Jemen, Somalië, Soedan, etcetera. Noem ook maar de namen van bewegingen die ons in ons rustige Avondland tot regelrecht afgrijzen brengen: Zwarte September, Al Qaida, Taliban, Boko Haram, Isis, Hamas, Hezbollah, Al Shabaab, Jemaah Islamiah, etcetera. Tijdens de Koude Oorlog hielden de supermachten elkaar in balans dank zij een rationaliteit die werd ingegeven door het nucleaire afschrikkingsevenwicht. Zo’n strategische machtsbalans is nu geheel afwezig en naar de juiste ratio voor zinvolle politiek zoekt men wereldwijd naarstig, maar vooralsnog zonder resultaat.

De fundamentalistisch geïnspireerde radicalen, en vooral de extremisten daarvan, haten het westen vanwege een geschiedenis waarin van alles zijn rol speelt. Denk aan de koloniale en imperialistische onderdrukking van de 19e en 20e eeuw van een gebied van Marokko tot de Indonesische archipel. Denk ook aan de manier waarop een aantal landen zich daarvan vrij maakte, al leidde dat niet tot stabiele democratieën van de westerse snit. Het hielp wel een bepaald zelfbewustzijn in het leven te komen. Dan is er ook de manier waarop de staat Israël tot stand kwam, de strijd met de buurlanden Libanon, Syrië, Jordanië en Egypte, het probleem van de verdreven Palestijnse bevolking met haar inmiddels decennia lange onwaardige bestaan in vluchtelingenkampen, enkele separate vredesverdragen en het stagnerende ‘vredesproces’ met de voortgaande nederzettingenpolitiek, de voortdurende onteigeningen van Palestijnen, de scheidingsmuur, Palestijnse terreur, de de intifada’s en de geweldscampanjes van Israël tegen Gaza. Hoe Israël overeind wordt gehouden door de Verenigde Staten. Zulke gevoelens zijn aangewakkerd door de aanslagen van 9/11 en hun nasleep in Afghanistan en Irak. Denk aan Abu Graib en Guantanamo Bay, en de weinig verheffende strijdwijze met de drones. Dat dit alles, en nog veel meer, maakt dat er nogal wat antiwesterse gevoelens leven, in de Arabische wereld en ook hier bij ons, hoeft niemand te verbazen, en dat ik me hier nog erg zacht mee uitdruk eigenlijk evenmin.

Deze aaneenrijging van incidenten en langduriger voedende processen op het meer politieke vlak heeft een pendant op het culturele en, zo men wil, meer ideologische vlak. Ongearticuleerde anti-westerse gevoelens kregen geleidelijk aan op meerdere manieren een zekere uitkristallisering. Zo ontstond er in de loop van de vorige eeuw een ideologische wederopstanding in het moslim-fundamentalisme van onder andere Saïd Qutb (1906 – 1966). Egyptenaar, gestudeerd in de Verenigde Staten van 1948 tot 1951, waar zijn anti-westerse denkbeelden zich verder uitkristalliseerden tot een diepe en totale afkeer van wat hij als een decadente wereld opvatte. Terug in Egypte leidt hij de reeds bestaande fundamentalistische Molimbroederschap en brengt die tot nieuw leven, maar zelf belandt hij al snel in de gevangenis, komt vrij en wordt weer vastgezet, en in 1966 geëxecuteerd aan de galg. Zijn invloed blijft echter duidelijk voelbaar tot nu. Zijn broer Mohammed vervolgt de missie, wijkt uit naar Saoedi-Arabië, doceert daar islamitische studies en inspireert daar onder anderen Osama bin Laden en Ayman al-Zawahiri. Zij zijn inmiddels genoegzaam bekend, en zij zijn bepaald niet alleen. Zulke ontwikkelingen hebben zich voorgedaan in vele van de landen waar we het hier over hebben.

-Ismen

Op een meer intellectueel niveau kan men ook nog wijzen op het werk van Edward Said met zijn Orientalisme, en dat van Ian Buruma met zijn Occidentalisme. Said (1935 – 2003) bracht in 1978 zijn boek “Orientalism” uit, waarin hij betoogt dat er sprake is van een culturele, psychologische en mentale ‘bril’ van waaruit men in westerse samenlevingen de oosterse beziet en overdenkt, namelijk vanuit dominantie en geringschatting. Dit stelt Said dan voor als een uitvloeisel van een houding die zich sinds de Oudheid heeft ontwikkeld, en die in deze tijd zijn hedendaagse voeding kreeg vanuit de koloniale structuren. Hoewel er op specifieke aspecten van zijn boek zeker kritiek is te formuleren, lijkt hij toch een serieus punt te hebben. Let bijvoorbeeld op de massale aandacht voor de 20 slachtoffers van het terroristische geweld in Parijs, en de vrijwel gehele verwaarlozing van de aandacht voor de honderdvoudige massaslachting door Boko Haram bij de stad Baga in Nigeria in diezelfde week. Het is maar wat je serieus neemt. Waar echter de anti-westerse houding op het niveau van de simpele reflexen wordt gevoed door oorlogen, repressie en achterstelling, biedt Said met zijn boek een academisch acceptabel, intellectueel volgroeid denkkader om ook op dat niveau argumenten te vinden om zich tegen het westen te keren.

Ian Buruma en Avishai Margalit beschrijven in hun “Occidentalisme” van 2004 de omgekeerde houding van anti-westerse denkers. De titel van het boek is een omkering van die van Edward Saids boek, en dat zal zeker niet toevallig zijn. Ze schetsen, hoewel beknopt, een breed geschakeerd beeld van een ideologische en culturele, en voor mijn part ook mentale antithese tussen West en Oost. Elementen daarin zijn afkeer van de rationele, individualistische, verburgerlijkte en verambtelijkte westerse democratieën, tegenover de geïdealiseerde heroïek van een samenleving van romantisch geïnspireerde gelijkgezinden. Degene die vanachter een computer een Amerikaanse drone aanstuurt roept inderdaad een ander beeld op dan de heroïsche strijder met zijn kalashnikov.

Beide boeken beschrijven, weliswaar elk op een eigen manier, twee denkwerelden en daarmee twee arsenalen van overwegingen die door een ieder kunnen worden aangegrepen om er eigen standpunten op te baseren, of deze ermee te rechtvaardigen. Of “Occidentalism” zo invloedrijk is, of zal worden als Saids “Orientalism” mag men eventueel betwijfelen. Saids boek is een tamelijk monumentale studie, tegenover het meer beknopte werkje van Buruma en Margalit. Of ze allebei gelijk hebben, en in welke mate daarvan sprake is, gaat te ver om hier te beoordelen. Wel kan men stellen dat deze twee denkwerelden veel verklaren van hoe men over en weer langs elkaar heen kijkt, praat, denkt en leeft – terwijl er ondertussen sprake is van onophoudelijke, verstikkende achterstelling en heftige, vaak dodelijke confrontaties, en dan beperk ik me nu alleen nog maar even tot de laatste driekwart eeuw.

Frustratie

Als ik spreek over wegnemen van de voedingsbodem voor islamitisch radicalisme en extremisme, doel ik op de frustratie die er in het Midden-Oosten leeft over wat ik hierboven beschreef. Het Westen kan iets doen door in de eigen landen niet alles op repressie te gooien. Daarnaast is het aan de diplomatie om af te stappen van de onvoorwaardelijke steun aan Israël. Geef die moslimwereld het gevoel dat we die nu eens echt serieus nemen. Stap af van die holocaust-reflex, en wend onze invloed aan om de Palestijnen een normaal overdekte plek onder de zon te geven. Israël zal heus niet in zee terug worden gedreven als die nederzettingenpolitiek wordt gestopt en deels teruggedraaid. Voor de VS is dat misschien mentaal moeilijk, en voor mensen met presidentsambities traditioneel ronduit eng, maar materieel is het een peuleschil. Zeer waardevol zal ook de uitwerking zijn van een fundamentele heroriëntering op duurzame energie in plaats van olie en dergelijke, en er vallen in dit verband vast nog meer delfstoffen te noemen. Het zal het belang van veel oliesjeiks doen afnemen en de ruimte scheppen om ze aan te spreken op maatregelen om in al die landen tot normale burgerlijke democratieën te komen.

Tot zover het vergezicht. Waar het echter om gaat is dat men met kleine stapjes in deze richting hele reële dingen kan bereiken – precies zoals de meeste politiek en diplomatie dingen zijn van kleine stappen. En dat is dus nooit onbegonnen werk. Het is ook veel goedkoper dan de voedingsbodempolitiek die lieden als Opstelten in hun hoofd hebben: hun politiestaat is onbetaalbaar en zal altijd achter de feiten aan lopen. De War on Drugs werd een fiasco, en we kunnen er vast op rekenen dat een War on Terror, ondanks alle krijgshaftige retoriek, net zo zal falen in pure symboolpolitiek en veel, heel veel weggegooid geld.

Als we hier praten over verantwoordelijkheden, dient helder te zijn dat het bepaald niet uitsluitend de westelijke wereld is die schuldig is aan alles wat er in dit verband verkeerd gaat. Kortzichtige machtspolitiek is zeer zeker geen westers monopolie. De regimes en de elites in de oosterse wereld, en daarbuiten, dragen een zware verantwoordelijkheid, door repressieve politieke culturen te handhaven en te kust en te keur allerlei terreurbewegingen te steunen.

Daarnaast is er het pijnlijke gegeven dat zelfs de gematigden in de islamitische wereld erg lang gewijfeld hebben in hun stellingnames op momenten dat ze een kalmerende invloed hadden kunnen uitoefenen. Gelukkig lijkt dat nu serieus te veranderen, gezien veel uitingen van de afgelopen week. Arend Jan Boekestijn heeft echter zeer zeker een punt als hij het als volgt stelt:

“De suggestie dat alle moslims door hun geloof medeschuldig zijn aan dit bloedbad is onzin. Christenen zijn ook niet medeschuldig aan de wandaden van de Noor Breivik. Wel is zelfonderzoek nodig naar de religieuze bron waaruit dit geweld voortkomt. Waar het om gaat is het besef dat elke religie en ideologie tot geweld kan leiden.” (NRC, 14 januari 2015).

De islamitische wereld heeft zijn idioten, net zoals het westen die heeft. We moeten in dit verband ook vooral niet vergeten dat Hitlers Derde Rijk een buitengewoon westerse manifestatie was, dus van onze eigen tradities. Wel westers dus, maar volledig uit de hand gelopen: inderdaad, elke religie, elke ideologie kan tot geweld en tot de meest absurde ontsporingen leiden. Ook in het Westen hebben we op dit punt een kerfstok die er niet om liegt. Dit noopt tot meer bescheidenheid dan velen denken.

Losweken

Zelfonderzoek en kritische reflectie zijn de zaken waar het om gaat, en dus ook: de bereidheid tonen om van de gebruikelijke politieke en diplomatieke opstelling af te stappen. Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. Men kan, al doende, de gematigden aanspreken en losweken van de extremisten. Als men dit maar lang genoeg volhoudt, zullen deze toch op een gegeven moment in een isolement terecht komen. Daarentegen zal men met de gematigde mensen met wie men het eens wordt gestaag sterker kunnen komen te staan. Dit is niet meer dan het oude handwerk van invloed proberen aan te wenden.

Spectaculaire resultaten zijn hiervan op korte termijn niet te verwachten. Een ieder die daarop zinspeelt, beduvelt de kluit. Het afnemen van de kans op grote aanslagen is echter al genoeg de moeite waard. De rest kan dan vanzelf volgen, mits we er goed bovenop blijven zitten. Maar dat vraagt om meer dan vrijblijvend met bordjes staan waar de tekst “Je suis Charlie” staat, en de machteloze bezweringen dat wij zo pal voor onze vrijheid van meningsuiting staan. Natuurlijk staan we daarvoor, maar er is zoveel méér.

Al die politieke leiders daar: boter op het hoofd, en niet zo’n beetje ook. We moeten uiteraard niet al te veeleisend zijn. Maar in het huidige klimaat lijkt een bescheiden beroep op het gezonde verstand bij politieke leiders, opiniërende figuren en media al meer dan een brug te ver. Als we ze bij verkiezingen nou eens een afstraffing gaven? En als dat nog te lang duurt, alvast maar een beginnetje maken door wat tegengas te geven in het publieke debat?

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *